Heel bijzonder, juf

Het is weer advent. Een jaarlijks terugkerend thema wat niet mag ontbreken in de lessen. Maar welke insteek gebruik ik dit jaar? Vertellen wat advent betekent met een adventskalender of adventskaars? En Bijbelverhalen natuurlijk, maar welke? Vinden de kinderen het wel aansprekend om weer te horen over Zacharias en Elisabeth, de engel Gabriël en Jozef en Maria? Zo ben je je als GVO-docent steeds weer aan het afvragen wat boeiend is voor kinderen. Ja, ik ga dit jaar ‘gewoon’ weer vertellen over de engel Gabriël die bij Maria kwam, besloot ik. Over die bijzondere boodschap, dat een meisje zwanger wordt en dat dit Kind niet alleen Maria’s kind is maar ook de Zoon van God. En hoe dat precies zal gaan snapt Maria niet, maar ik ook niet en de kinderen in mijn groep evenmin. Maar het gebeurt!

En dat vertel ik. Zelf ben ik christelijk opgevoed en ik ken deze verhalen al heel mijn leven. Maar voor veel van mijn leerlingen zijn deze verhalen vers, nieuw en heel bijzonder. En dat uiten ze ook na afloop. ‘Juf, dat is wel heel bijzonder, zeg!’. ‘Juf, is dat een wonder?’. ‘Juf, kunt u er nog meer over vertellen?’. Maar het bleef even stil van mijn kant, want ik liet het verhaal nog eens tot me doordringen. Ineens voelde het voor mij ook weer nieuw en bijzonder. Heel even keek ik met de ogen van de kinderen naar dit verhaal en toen kwam ook bij mij weer de verwondering. ‘De heilige Geest zal bij je komen, Maria. En door de kracht van de allerhoogste God zul je zwanger worden. En dit Kind zal de Zoon van God genoemd worden! En ook Elisabeth, je nicht krijgt een zoon. Want voor God is alles mogelijk!’.

En dan zeg ik niet zo veel meer, want het is inderdaad een wonder, ook voor mij! En later als ik de mappen opruim lees ik een aantekening van Nienke. Op de achterkant van haar map staat: Ik ben Nienke en ik vind godsdienst erg indrukwekkend. En zo heb ik ook weer een lesje gehad.