De zilveren prijzenbeker

Elke week is het weer een verrassing voor ze als het donderdag is. Ook vandaag word ik begroet met een: ‘O ja, donderdag!’. Nog tien minuten voordat mijn laatste les van vandaag begint. Eerst even wat orde scheppen in de chaos. Deze keer nog meer dan anders want de paaslunch heeft zijn sporen nagelaten. Veel tafels zijn bedekt met restjes eierschillen, tekeningen van vrolijke paaseieren, open etuis van stabilostiften…

De bel gaat. Bezweet komen ze binnen. Als ze de Kamishibai-vertelkast zien staan, weten ze het al. Snel zoeken ze een plekje op de grond, dicht bij de vertelkruk op om geen detail te missen. Met hun zwartgeverfde neusjes en getekende snorharen kijken ze naar me op.

De platen van vorige week passeren nog even. De kinderen vertellen. Ze praten zo de zieken van vorige week bij. Het gaat over het laatste avondmaal waarbij Judas wegliep. De verrader. ‘Lekkere mattie ben je dan!’, schampert Daan. Vandaag behandelen we de sobere plaat van de drie kruisen. ‘Juf, waarom werd Jezus opgehangen? Hij had toch niks gedaan?’. Ik stel de vraag terug aan de klas. ‘Hij offerde zichzelf toch op?’, zegt iemand vragend. ‘Ik snap niet dat Jezus zichzelf opofferde voor die verrader en dat hij het daarna nog goed wilde maken ook. Dat zou ik nooit doen!’, zegt een leerling. Hij steekt alwéér zijn vinger niet op, maar ik zeg er niks van. Tot slot zien we een plaatje van de tuin in het nieuwe ochtendlicht met het lege graf. De tijd is bijna om en ik stop. ‘Weer zo’n cliffhanger!’, klinkt het.

De opdracht is om een foto te zoeken die het beste past bij het verhaal van vandaag. De kinderen buigen zich over de verschillende foto’s. Ze lopen naar een ander tafelgroepje omdat ze nog niet gevonden hebben wat ze zochten. Onopvallend luister ik mee als ze in tweetallen hun gedachten uitwisselen. Maar en public vinden sommigen toch het leukst. Bo kiest een zilveren prijzenbeker. ‘Waarom kies je deze foto?’, vraag ik. ‘Jezus heeft overwonnen. Daarom’, antwoordt ze.

Terwijl een van de leerlingen snel haar gymtas pakt om naar de bus te rennen, zegt ze nog tegen me: ‘Als jij vertelt, ga ik helemaal kwijlen en zit ik met open mond te luisteren!’

Met een glimlach op mijn gezicht loop ik naar mijn auto. Onderweg bedenk ik wat ik vandaag allemaal weer heb geleerd. Ik moet het opschrijven!